49 dagen in de tussenwereld: Kim Hyesoon overweldigt met gedichten over de tragische veerbootramp van de «Sewol» aan de zuidkust van Zuid-Korea


Misschien heeft niemand zo vreemd en fascinerend over de dood geschreven als de Zuid-Koreaanse dichter Kim Hyesoon in haar dichtbundel 'Autobiografie van de Dood'. Het gaat echter meer over de dood dan over de dood zelf, want wat ons confronteert heeft vele gezichten en vormen, die lijken op entiteiten, zelfs geesten. En de auteur die deze oproept, noemt zichzelf een 'geestenspreker'. Dat klinkt wat sjamanistisch, maar het past zeker in de Koreaanse traditie. Kim Hyesoon voelt zich verbonden met deze traditie zonder haar christelijke opvoeding te ontkennen, die tot uiting komt in Bijbelcitaten en een gedeconstrueerd Onze Vader.
NZZ.ch vereist JavaScript voor belangrijke functies. Uw browser of advertentieblokkering blokkeert dit momenteel.
Pas de instellingen aan.
Het is nuttig om de bundel, die bestaat uit een cyclus van 49 delen en een gedicht, aan het einde te beginnen met lezen: in een gedetailleerd gesprek bespreekt de dichter de oorsprong, achtergrond en taal van de gedichten, evenals cognitie als "whiplash" en poëzie als een "universum van perceptie". De aanleiding voor haar obsessieve preoccupatie met de dood was de tragische veerbootramp "Sewol" in 2014, waarbij 254 leerlingen van een school in Ansan, vlakbij Kims universiteit, omkwamen. Ze keek vaak naar de foto's van de overledenen, vervuld van woede jegens een corrupte overheid die deze tragedie had aangewakkerd.
De “Ghost Speaker” leent haar stemMaar hoe schrijf je over de dood? In de cyclus 'Autobiografie van de Dood' kiest Kim een taal die neigt naar het subjectloze, spreekt ze een 'jij' in het meervoud aan en beschrijft ze 49 dagen. Volgens een boeddhistische legende dwaalt de ziel na de dood 49 dagen in de tussenwereld rond, totdat ze reïncarneert.
De dichter ziet zichzelf als een "geestenspreker", die bemiddelt tussen deze wereld en de volgende, in een synesthetische gelijktijdigheid. Ze leent haar stem aan hen die "voor eeuwig dood zijn in het leven en ondood in de dood". Ze doet dit door gebruik te maken van gewaagde beelden en vergelijkingen, ongewone metonymieën, neologismen en woordspelletjes: "De vrouw stikt. Wanneer haar lippen opengaan, staan haar timide tanden in een rij in haar schedel, als stoelen in een restaurant. Wanneer haar gele vlees hard wordt, worden de rode rozen blauw. Draagt haar roos een masker? Wanneer de deur van haar gevangeniscel opengaat, ligt haar rottende hart op de vloer. Doe een luier om haar hart!"
Vele vormen van dood verraden het gebruik van geweld; er is sprake van "slaan" en "steken", dagelijkse mishandelingen en "rode handhavingszegels" op de rug. Kim Hyesoons gedichten vertonen onmiskenbare kenmerken van een aanklacht: tegen politieke en sociale structuren van onderdrukking, tegen een patriarchale orde die te weinig ruimte laat voor het vrouwelijke. In het gedicht "Nichtherr" (Niet-Meester) bereikt het protest een taalkundig grotesk hoogtepunt.
Pijn en schoonheidMaar er zijn ook andere tonen: pijnlijk tedere zoals in "Lullaby", visionaire zoals in "Painful Hallucination": "It is night, all your dead selves awaken (. . .) You shall see, don't be fear, look closely." En in het gedicht "Face of Rhythm" vindt Kim een persoonlijkere manier van spreken door consequent de eerste persoon enkelvoud te gebruiken, waarbij ze "neurologie met ethiek" combineert, de concrete ervaringen van de auteur met pijn, met een specifiek poëtische perceptie van de wereld.
Tegelijkertijd getuigt dit gedicht, dat put uit Koreaanse mythen en sjamanistische rituelen, van de virtuoze omgang van de dichter met ritmes en klanken, herhalingen en homoniemen. Het feit dat Sool Park en Uljana Wolf erin slaagden deze in het Duits te vertalen, zelfs de kleinste taalkundige nuance te vatten en originele neologismen zoals "schmerzieren", "brüllieren" en "rhythmieren" te bedenken, verdient de hoogste lof.
Je kunt "Autobiografie van de Dood" niet wegleggen zonder er meteen weer naar te grijpen. Waar heb je ooit zoiets gelezen: "Nu ben je zo licht dat je nooit meer kunt vallen / Je bent slechts de golf op de bovenste verdieping van de afgrond!" Deze dichtbundel is een schokkende ontdekking.
Kim Hyesoon: Autobiografie van de dood. Gedichten. Vertaald uit het Koreaans door Sool Park en Uljana Wolf. Illustraties door Fi Jae Lee. S. Fischer Verlag, Frankfurt am Main 2025. 149 pp., CHF 39,90.
nzz.ch